Kneppelfreed (knuppelvrijdag) is onder Friezen met het Fries als memmetaal een ijkpunt in de geschiedenis. Op deze dag werd in 1951 de zaak beslecht voor het recht om Fries te spreken in de rechtbank en op straat. De rechtszaak liep nogal uit de hand en op het Zaailand werden betogers en demonstranten met gummiknuppels en brandspuiten keihard aangepakt.
Kneppelfreed had wel resultaat, want niet veel later werd de positie van de taal beter verankerd in de wet en kregen Friezen het recht om bij de rechtbank en in het openbaar bestuur hun eigen taal te gebruiken. De provinsje en het Rijk spraken af om de Friese taal te versterken in het onderwijs en het maatschappelijk leven. Sindsdien wordt Kneppelfreed gezien als een belangrijk moment voor de emancipatie van het Fries.
Maar zeventig jaar later is het wonderbaarlijk genoeg wederom een heet hangijzer. Tolken krijgen te weinig betaald voor hun werk, maar een betere vergoeding lijkt niet mogelijk. Vorige maand stemde de Tweede Kamer zelfs nog tegen verhoging van de tarieven.
Precies zeventig jaar later vond afgelopen vrijdag – toepasselijk genoeg – Kneppelfreed plaats, een theaterstuk dat zich afspeelde in de Leeuwarder rechtbank. Ook de Omrop besteedde aandacht aan het thema en de Leeuwarder Courant drukte zelfs een krant voor een groot deel in het Fries.
De documentaire van de Omrop is nu te zien op hun website en geeft een nijsgjirrich inkijkje in de ontwikkeling rondom de Friese taal in de rechtbank. Want hoe belangrijk is het om je eigen taal te kunnen spreken? En wat kan het Rijk doen om dat mogelijk te maken? Of hebben die demonstranten zeventig jaar geleden toch voor niets de knuppel op de kop gekregen? We zijn benieuwd wat jij ervan denkt. Reageren kan via onze social media kanalen.