Wanneer is een land “it beste lân fan d’ierde?”. Dat is één van de vragen die wij ons bij Arcadia stellen. En wat zouden dan de antwoorden kunnen zijn? Tijdens Arcadia in 2022 zoeken we samen met (internationale) denkers en doeners naar die antwoorden en laten we ons inspireren door verschillende stemmen die zich dezelfde vragen stellen. Deze keer een nietsontziende en actuele analyse van historicus en oud kamerlid van Groenlinks, Zihni Özdil.
Het aantal daklozen in Nederland is sinds 2012 verdubbeld. Het aantal jongere daklozen is zelfs verdrievoudigd. Onder andere dankzij de verhuurdersheffing – spreadsheetjargon voor het beboeten van woningbouwverenigingen als ze sociale huur aanbieden – uit 2013 is wonen hoe dan ook een onbetaalbare hobby geworden voor veel Nederlanders.
Het leenstelsel in het hoger onderwijs uit 2015 heeft een nieuw klassenonderscheid gecreëerd. Aan de ene kant een klein groepje jongeren die zonder schulden kunnen afstuderen. Aan de andere kant het overgrote deel van de jongeren die verplicht met een enorme schuldenlast aan hun leven moeten beginnen.
Sinds 2010 zijn de premies, het eigen risico alsook de eigen bijdragen voor genees- en hulpmiddelen zo hard gestegen, dat ook in de zorg een enorme tweedeling aan het ontstaan is. Zo kunnen we inmiddels aan iemands gebit weer aflezen of hij of zij arm is. Net als in de negentiende eeuw.
Door de radicale ‘flexibilisering’ van de arbeidsmarkt sinds 2010 heeft Nederland inmiddels één van de grootste ‘flexibele schillen’ van Europa. Onzeker en onderbetaald werk voor miljoenen Nederlanders.
Het Toeslagenschandaal heeft laten zien dat de Nederlandse overheid er niet langer is om gewone mensen kansen te geven, maar om ze te onderdrukken. Niet alleen in de kinderopvang, maar ook in de zorgtoeslag en in de huurtoeslag worden mensen vermangeld door de Belastingdienst. Waar de bijstand vroeger een sociaal vangnet voor de allerarmsten was, is die tegenwoordig een uitzichtloze hel.
Waar de bijstand vroeger een sociaal vangnet voor de allerarmsten was, is die tegenwoordig een uitzichtloze hel.
Door de Participatiewet uit 2015 is er bijvoorbeeld een ‘kostendelersnorm’. Dat is wederom spreadsheet-jargon, en nu voor: arme gezinnen uit elkaar rukken. Voor elk mens van boven de 21 jaar in een bijstandsgezin wordt de uitkering gekort door de kostendelersnorm. Van 30 procent bij één persoon tot maar liefst 62 procent bij vijf personen. Deze kostendelersnorm dwingt bijstandsmoeders en -vaders tot een onmenselijke keuze: of je naasten het huis uit zetten of nog verder aan de bedelstaf raken.
De ‘decentralisaties’ van de afgelopen tien jaar gooiden belangrijke overheidstaken over de schutting naar gemeenten, maar wel met minder geld. Gemeenten worden zo gedwongen om te kiezen welke groep mensen ze zullen benadelen. Bezuinigen op schoolzwemmen of op de jeugdzorg? Ga er maar eens aan staan.
Diabolisch
De bovenstaande opsomming is slechts het topje van de ijsberg. Wie nuchter de balans opmaakt van de afgelopen tien jaar, ziet een extreem radicaal neoliberale omwenteling in Nederland. Opmerkelijk genoeg redelijk geruisloos, zonder noemenswaardig debat of protest, tot stand gekomen.
Het personage Mark Rutte belichaamt dit radicale Nederlandse neoliberalisme. Voor hij de politiek inging was Rutte HR-manager in fabrieken van Unilever. Zijn taak: mensen ontslaan. En dat deed hij zo innovatief, zo efficiënt, dat zijn naam rondging in het bedrijfsleven. Toenmalig minister van Financiën Gerrit Zalm (VVD) hoorde die verhalen ook. Daarom bracht hij in 2002 Rutte naar Den Haag zodat hij staatssecretaris van Sociale Zaken kon worden. Op die post ging Rutte even voortvarend aan de slag als bij Unilever.
Althans, zwarte mensen die er volgens gemeenteambtenaren Somalisch uitzagen werden van de straat geplukt.
Hij stuurde een brief naar alle Nederlandse gemeenten waarin hij ze opriep om mensen met een Somalische afkomst extra te controleren op fraude. En dat geschiedde. Althans, zwarte mensen die er volgens gemeenteambtenaren Somalisch uitzagen werden van de straat geplukt. In 2007 veroordeelde de rechter Rutte daarom. De uitspraak:
‘De rechtbank stelt vast dat in deze zaak sprake is van discriminatie naar ras, omdat het hier een groep mensen van Somalische afkomst betreft, ongeacht de nationaliteit van de betrokkene. […] Voorts acht de rechtbank de handelwijze om eiser aan te spreken vanwege uiterlijke kenmerken die mogelijk in het onderzoeksprofiel zou passen indruisen tegen hetgeen van een behoorlijk handelende overheid mag worden verwacht.’
Rutte, inmiddels geen staatssecretaris meer, reageerde als volgt:
“Ik ben verbaasd over het oordeel” (…) Mijn brief heeft niets met discriminatie te maken, maar alles met fraudebestrijding. Ik zou de brief die door de rechter als discriminerend is beoordeeld nu weer opsturen als ik nog staatssecretaris was. Het is soms nodig om fraude gericht te bestrijden. En als dat in Nederland niet kan, dan moet de wet worden aangepast.”
Zie hier de ultieme HR-manager. Het diabolische kwaad zit hem precies daarin. Niet in een ideologie, niet in een vooropgezet plan, maar zijn van alle ideologie losgezongen, banale technocratie maakt van Rutte de spreekwoordelijke satanist. Als het zijn taak is om te bezuinigen en fraude op te sporen, zal hij dat tot in detail regelen, zelfs wanneer het niet blijkt te stroken met de democratische rechtsbeginselen. Dan moeten de democratische rechtsbeginselen maar veranderen. Politiek die niet meer menselijkheid of bezieling als hoger doel heeft, maar enkel de papieren werkelijkheid.
In dit technocratische licht moeten we uitspraken zoals ‘geen actieve herinnering’ of ‘ik heb naar eer en geweten niet de waarheid verteld’ van Rutte beschouwen. Zijn insteek met die uitspraken is niet de Tweede Kamer voor de gek houden. Zijn insteek is oprecht om het zo te formuleren dat er semantisch, volgens de papieren werkelijkheid, geen speld meer tussen te krijgen is.
De profeet Omtzigt
Ik schrijf expres ‘het personage Rutte’ omdat het me niet gaat om de persoon Rutte. In deze gedepolitiseerde Ruttiaanse politiek kon het Nederlandse neoliberalisme alleen keihard slagen met hulp van progressieve partijen. Die eveneens geen hoger doel meer hebben. Ik heb het nog even nagezocht, maar ik kon geen enkel ander land vinden waar een Groene partij en een sociaaldemocratische partij een schuldenstelsel in het onderwijs, flexibilisering van de arbeidsmarkt, verhoging van de AOW-leeftijd en marktwerking in de zorg hebben doorgevoerd. Alleen in Nederland deden de Groenen en de sociaal-democraten dat.
Wie in 2015 had gezegd dat Engeland uit de EU zou treden en dat Donald Trump president van Amerika zou worden, was vierkant uitgelachen. Nederland anno 2021 is nog meer dan Amerika en Engeland in 2015 rijp voor een dergelijke omwenteling. Juist omdat in ons land de tweedeling zo geruisloos, zo technocratisch ging.
Dat Thierry Baudet, ondanks de onthulling van antisemitische appjes, acht zetels wist te halen lijkt me een teken aan de wand. Hij geeft mensen die geen hoop meer hebben – en die groep is elke dag aan het groeien – weer hoop. Een vergezicht. Een ideaal. Een thuisgevoel. Of, zoals hij zelf zegt, een eigen Forumland.
Dat Pieter Omtzigt het enige kamerlid van de coalitiepartijen is die wel zijn grondwettelijke taak serieus neemt en het kabinet kritisch controleerde, is eveneens een teken aan de wand. Niet alleen in het Toeslagenschandaal, maar ook over doorgeschoten marktwerking was Omtzigt de enige uit de coalitie die zonder aanziens des persoons het kabinet hekelde.
Dat hij weg-gesensibiliseerd is omdat hij de beerput van de Ruttiaanse technocratie opende en het opnam voor de tienduizenden slachtoffers van het Toeslagenschandaal, illustreert hoe hardnekkig het diabolische kwaad van de gedepolitiseerde Nederlandse politiek werkt. Niet de dader, maar de profeet moest de gifbeker drinken.
Wat Rutte en de gevestigde progressieve politiek nooit zullen begrijpen is dat ze Nederland in rap tempo op een presenteerblaadje cadeau aan het geven zijn aan Baudet. De Kloof in de samenleving is in rap tempo aan het groeien. Uit allerlei peilingen blijkt dat circa dertig procent van de mensen in Nederland tevreden is met de huidige politiek. Dat zijn de huiseigenaren, de upper middle class en de elites. Of, zoals UvA-onderzoeker Wouter Schakel concludeert: “Rijke burgers die niet stemmen zijn nog altijd beter vertegenwoordigd dan arme burgers die wel stemmen.”
De rest van de samenleving is zichzelf naar de afgrond aan het zzp’en dan wel aan het aanschouwen hoe hun kinderen geen stap vooruit kunnen doen.
Het wordt niet besproken in de media of in de politiek, maar welbeschouwd staat Nederland op een cruciaal, bijbels kruispunt. Het christelijke socialisme van Pieter Omtzigt is het laatste fort tegen een Nederlandse nexit en een Nederlandse Trump.
Zijn authenticiteit, bezieling en hoger menselijk doel, de combinatie van zijn economisch ‘socialisme’ en zijn christelijke bezieling, zijn de ultieme remedie tegen de afgrond waar Nederland in aan het vallen is. Het valt daarom te hopen dat Omtzigt spoedig als een Fenix zal herrijzen uit de as om het land te redden van die afgrond.
Zihni Özdil’s boek ‘Nederland Mijn Vaderland’ is nu te koop.